Wilgentenen of iets nieuws
Via een Small Business Innovation Research (SBIR) worden dit jaar de haalbaarheid en prototypes onderzocht van nieuwe biobased en circulaire oeverbescherming. Aan een sloot langs de erf van Van Aalsburg, specialist in wilgenhout liggen twee oeverbeschermingen: één van wilgentenen en één van biocomposiet Nabasco door het Delftse bedrijf NPSP. Beide prototypen worden de komende maanden getest op bijvoorbeeld levensduur, techniek en kerende hoogte van maar liefst zes meter.
Impact op milieu omlaag
De opdrachtgevers willen alternatieven vinden voor bijvoorbeeld hardhout, plastic of staal en zo hun impact op het milieu verkleinen. “Elk jaar vervangen wij alleen al kilometers aan beschoeiingen”, zegt heemraad Kees Romijn van Waterschap Rivierenland. “Opgeteld praat je bij de waterschappen in heel Nederland over ruim 1200 kilometer in tien jaar. Dat is nogal een voetafdruk. We willen werken aan onze klimaatdoelen, ook in onze oevers.”
Wilgentenen en nieuwe materialen onder de loep
De uitdaging is dat oeverbescherming deels onder en boven water steekt en alle natuurkrachten te verduren krijgt. Wilg kan wat hebben, weet Dick van Aalsburg, die met het familiebedrijf een oud ambacht in een moderne jas steekt.
In Delft werkt NPSP juist aan nieuwe ‘samengestelde materialen’ of composieten. Geheel ‘biobased’ zijn combinaties van bijvoorbeeld resten van suikerriet, materiaal uit rioolwater en natuurlijke vezels als hennep of vlas..Directeur Mark Lepelaar vertrouwt er op dat het biobased composiet Nabasco een goede oeverbescherming is: “Deze test gaat ons vertellen of ook deze toepassing toekomst heeft.”
Status: in uitvoering
Het onderzoek loopt tot eind 2024.
Meer weten:
Wilg of iets nieuws, op zoek naar beste circulaire oeverbescherming
status: juli 2024 - in uitvoering