Verschillen grondwaterstanden groter
Door het droge weer en de hogere temperaturen, die zorgen voor meer verdamping, zijn de verschillen in grondwaterstanden in ons gebied nog groter geworden. In gebieden die afhankelijk zijn van regen, is de grondwaterstand flink gedaald. Op sommige plekken is het grondwaterpeil zelfs lager dan normaal voor deze tijd van het jaar. Op de flanken en aan de voet van de Utrechtse Heuvelrug en de Veluwe blijft er nog wel grondwater omhoog komen door het trage grondwatersysteem. In gebieden met veel kwel is het nog nat en dit zorgt op sommige plekken nog voor overlast.
Rivieren hebben minder water
De rivier de Rijn voert minder water dan normaal. Dit komt doordat er in de Alpen minder sneeuw ligt. De sneeuw die er lag is gesmolten door warme föhnwinden in januari en februari en is daardoor al eerder afgevoerd door de rivieren. Normaal zorgt deze sneeuw tot juni voor voldoende waterafvoer in de Rijn, nu is de waterafvoer onder het gemiddelde voor deze tijd van het jaar.
Maatwerk in beheer
Het waterbeheer in ons gebied is complex door de verschillen tussen droge en natte plekken. Onze beheerders letten goed op de waterstanden en passen het beheer aan waar nodig. In droge gebieden is het waterpeil verhoogd tot het zomerpeil om verdroging tegen te gaan. In natte gebieden proberen we overlast door hoogstaand grondwater te beperken. We werken hierbij samen met andere overheden, zoals gemeenten.
